Laat je blad swingen

‘Alles heeft een ritme’, zongen de meiden van Frizzle Sizzle in 1986 op het Eurovisie Songfestival. En dat is ook precies hét mantra voor het maken van een magazine. Zonder lekker bladritme wordt je magazine een folder of een jaarverslag. Maak daarom een goede plank en laat je blad swingen.

Of je nu een online of een offline magazine maakt, de plank is je houvast. Praktisch gezien is het niets meer dan een schema van de pagina’s die je wil gaan maken. De truc is om de plank heilig te verklaren tijdens het maakproces. Zó houd je grip op je ritme.

Hét keuzemoment

Het maken van de plank zorgt bij de start van je magazine gelijk voor een keuzemoment: hoeveel pagina’s ga je maken? Voor een offline magazine moet je altijd denken in veelvoud van vier. Dus 16, 20, 24 of 28 en zo door. Een echte limiet is er niet. Voor magazines van 80 of meer dan 100 pagina’s maak je ook een plank. Online zijn magazines vaak kleiner. Met 8 of 10 pagina’s kun je al een prima mix maken.

Denken in spreads

Voor beide vormen is variatie het toverwoord. Een goed bladritme zorgt voor afwisseling, verrassing én een paar ankerpunten. Voor een offline magazine maak je de plank in spreads. Je start met de cover en maakt daarna steeds setjes van 2 pagina’s. Je eindigt met de enkele achterpagina. Voor een online magazine denk je niet in spreads maar in enkele pagina’s met eventueel doorklik naar dieper liggende contentpagina’s.

Klik voor een voorbeeldplank!

Zelf een plank maken? Klik hier om een lege plank te downloaden.

Variatie is het toverwoord

We zeiden het al: variatie is het toverwoord. Dus alle pagina’s vullen met 1-pagina artikelen is geen goed idee. Wissel artikelen met groot beeld af met artikelen met wat meer kleine beelden. Wissel lange en korte artikelen evenwichtig af en denk ook aan verschillende contentvormen. Maak eens een tiplijst of een serie korte quotes bij een kaartje. Mini-series doen het ook goed. En wil je echt een flinke feature maken van 4- of 5-pagina’s? Doe dit dan in een wat lijviger blad, van bijvoorbeeld minimaal 32 pagina’s. De valkuil van variatie is dat je alles maar één keer doet en het een mengelmoesje wordt waar niemand een lijn in kan ontdekken. Dus zorg gek genoeg naast variatie óók voor herhaling van vormelementen.

Tip!

Je plank is ook je uitgangspunt voor het maken van je artikel. Heb je 3 pagina’s gereserveerd, waarvan 2 met beeld? Schrijf dan niet meer dan 500 woorden, anders druk je in de opmaak alsnog je beeld in elkaar.

De rubriek

Rubrieken zijn onontbeerlijk in magazines. Ze zorgen voor een lekker format en herkenbaarheid. Maak je het magazine vaker? Herhaal je rubriek dan steeds op dezelfde plek op de plank. Maak je een eenmalige uitgave? Stop er dan niet teveel verschillende rubrieken in, maar bijvoorbeeld liever eentje die je drie keer laat terugkomen in je blad. Zo ontstaat er een herkenbaar mini-serietje van bijvoorbeeld 1-pagina interviews met een vrijstaand beeld van de geïnterviewde. Een herkenbaar vormelement dat je blad speels en inspirerend maakt.

Het echte magazinegevoel

Beeld is cruciaal voor het juiste magazinegevoel. Zorg dus dat je je beeld goed verdeelt op je plank. Kies een paar plekken waar je uitpakt met een groot spread-beeld. En een paar pagina’s die starten met een groot paginabeeld. De pagina’s ertussen mogen best bestaan uit wat meer tekst en kleinere beelden. De grote beelden vormen je uitpakkers en geven de lezer dat echte magazinegevoel.

Plank en inhoud

Plank en inhoud gaan uiteraard samen op. Je bepaalt vanuit je onderwerpenlijst welke onderwerpen zich lenen voor een pakkend groot beeld en welke onderwerpen juist beter uit de verf komen met een serie kleinere beelden of misschien een illustratie. Door de keuzes die je maakt, moeten er wellicht onderwerpen sneuvelen omdat je teveel ‘kleine’ verhalen hebt bedacht. Dan zul je moeten schuiven en keuzes maken. Laat liever een paar onderwerpen schieten dan dat je gaat proppen en je ritme saai wordt.